De effecten van importquota

Inhoudsopgave:

Anonim

Invoerquota verwijzen naar beperkingen van de hoeveelheid van een specifiek goed dat een land kan importeren. Importquota's zijn onderverdeeld in absolute quota, waarin het land niets over een bepaalde limiet kan importeren, en tariefcontingenten, waarin het land de limiet kan overschrijden, maar veel hogere tarieven kan betalen. Regeringen gebruiken quota om de binnenlandse productie te helpen overleven in de felle internationale concurrentie, maar in de praktijk zijn de effecten veel diverser.

Stijgende prijzen

Stel dat u suiker vrijelijk in een land importeert en 50 procent van de totale suikermarkt vertegenwoordigt. Als de overheid een quotum voor suikerinvoer oplegt, zal het totale suikeraanbod op de markt dalen. De overtollige vraag zal de prijzen opdrijven en de koopkracht van de consument onder druk zetten. Tenzij de binnenlandse productie erin slaagt de vraag te dekken, kan de suikerprijs voor onbepaalde tijd hoog blijven.

Boost of Domestic Production

De binnenlandse productie moet de kloof overbruggen in de markt die buitenlandse producten bezaten. Wanneer quota de invoer van suiker van bijvoorbeeld 5 lb. per persoon naar 2 lb. verminderen, moeten binnenlandse suikersproducenten hun werkingspercentage verhogen en die 3 lb. aan consumenten verstrekken. Dit feit is vooral nuttig voor binnenlandse industrieën die niet over de capaciteiten beschikken, maar de prikkel - door concurrentie met goedkopere buitenlandse producten - te produceren en vervolgens meer te verdienen.

Effecten op multinationale ondernemingen

Importquota hebben een direct negatief effect op multinationale ondernemingen. Zulke bedrijven, zoals Nike en General Motors, leggen de nadruk op internationale handel, omdat de binnenlandse consumptie hun hoge doelstellingen niet kan dekken. In 2008 bijvoorbeeld, van de ongeveer 7 miljoen totale verkoop van voertuigen van General Motors, was er slechts ongeveer 3 miljoen in de VS In het geval van een importquotum door een grote afnemer, moeten multinationale ondernemingen snel alternatieve markten vinden of de productie verminderen, samen met de daaropvolgende winst.

Bevordering van verkeerde economische oriëntatie

Het belangrijkste doel van importquota is het beschermen van een industrie die op de vrije markt gedoemd is te mislukken tegen internationale giganten. Daarom zijn dergelijke maatregelen net zoiets als het opdringen van industrieën voor levensondersteuning. Op deze manier benadrukken regeringen echter duidelijk zwakke industrieën in plaats van sectoren te steunen waar binnenlandse producenten kunnen gedijen. De Verenigde Staten kunnen bijvoorbeeld niet concurreren met China in de kledingproductie, maar het kan zich richten op het behouden van de overhand in de computer software-industrie.