Wat zijn de vijf boekhoudcycli?

Inhoudsopgave:

Anonim

Het boekhoudproces bestaat uit verschillende cycli. Elke cyclus geeft een bepaald type bedrijfsactiviteit weer. Accountants definiëren elke transactie per activiteit en volgen hetzelfde proces om gerelateerde informatie vast te leggen en te rapporteren. De vijf boekhoudcycli zijn inkomsten, uitgaven, conversie, financiering en vaste activa. De gecombineerde cycli herhalen elke boekhoudperiode

Omzet

De omzetcyclus heeft twee belangrijke transactiegroepen: verkopen en contante ontvangsten. De omzet omvat alle inkomsten uit goederen en diensten die door consumenten zijn gekocht. Ook inbegrepen zijn verkoopkortingen, retouren of emissierechten. Contante ontvangsten vertegenwoordigen de werkelijke contanten ontvangen door een bedrijf. Bij accrual accounting - de meest gebruikte methode om transacties te registreren - zijn verkoop en contante ontvangsten afzonderlijke transacties.

Uitgaven

Uitgaven vertegenwoordigen de opgegeven waarde om goederen of services te verwerven die nodig zijn om een ​​bedrijf te runnen. Transactiegroepen omvatten voorraadaankopen, kredietaankopen, loonadministratie en uitbetalingen in contanten. Telkens wanneer een bedrijf geld uitgeeft, valt het onder deze boekhoudcyclus. Uitgaven zijn kosten of kosten. Een kost zal doorgaans waarde brengen voor een bedrijf - zoals een activum - terwijl een kost een eenmalig gebruik van kapitaal is.

conversie

De conversiecyclus houdt rekening met de productie van goederen en diensten door een bedrijf. Kostprijsadministratie is vaak een subeenheid van deze cyclus. Accountants zullen productiekosten toewijzen aan alle goederen en diensten. De conversiecyclus neemt informatie uit de uitgavencyclus en gebruikt deze om alle geproduceerde artikelen nauwkeurig te belasten. Deze cyclus kan in een continu proces worden uitgevoerd in plaats van individuele boekhoudperioden.

financiering

Bedrijven kunnen externe financiering nodig hebben om bedrijfsactiviteiten te financieren. De financieringscyclus registreert en rapporteert informatie met betrekking tot aandelen-, schuld-, obligatie- en dividendtransacties. De aankoop van externe financiering en betalingen aan beleggers of kredietverstrekkers vallen onder deze cyclus. Transacties kunnen hier minder vaak voorkomen als bedrijven geen externe middelen gebruiken voor hun activiteiten.

Vaste activa

Kapitaalinvesteringen vertegenwoordigen de aankoop van belangrijke activa die worden gebruikt in operaties. De aankoop en afschrijving van vaste activa zijn gebruikelijke transacties in deze cyclus. Het verkopen van oude of verouderde activa valt ook onder deze cyclus. De cyclus met vaste activa kan nauwe banden hebben met de financieringscyclus. Veel bedrijven gebruiken externe financiering om vaste activa te kopen. Een vaste transactie kan daarom een ​​gerelateerde transactie in de financieringscyclus hebben.