Nadelen van een gecentraliseerde trainingsfunctie

Inhoudsopgave:

Anonim

Wanneer organisaties trainingsprogramma's ontwikkelen, moeten ze rekening houden met de behoeften van zowel werknemers als klanten die ze bedienen. Het ontwikkelen van een gecentraliseerde trainingsfunctie lijkt de bureaucratie uit de besluitvorming te verwijderen. Op het eerste gezicht lijkt dit het proces te stroomlijnen. Uiteindelijk loopt het echter het risico dat de trainingsafdeling van de organisatie niet aan zijn doel voldoet.

Aanpassingen maken aan trainingsschema

In een gecentraliseerde structuur moeten de beslissingen worden genomen door de belangrijkste besluitvormers binnen de afdeling, volgens de MBA Knowledge-website. In een trainingsomgeving betekent dit dat wijzigingen in de trainingshandleiding of het trainingsprogramma moeten worden goedgekeurd door het management op het hoogste niveau van de trainingsafdeling. Dit betekent dat snelle aanpassingen of wijzigingen op basis van nieuw beleid mogelijk vertraging oplopen als de beslissingsmaker gedurende lange tijd afwezig is op kantoor. Wijzigingen in de prioriteit van het bedrijf die resulteren in nieuwe trainingsprocedures kunnen enige tijd in beslag nemen als slechts één persoon of een beperkt aantal bevoegd is om die wijzigingen goed te keuren.

Controle

De trainers zelf hebben weinig mogelijkheden om aanpassingen te doen, volgens de MBA-kenniswebsite. Dit betekent dat degenen die rechtstreeks contact hebben met de cursisten hun ideeën moeten presenteren aan het hoger management voordat een beslissing kan worden genomen. Hiermee worden de trainingsmethodologiebeslissingen verwijderd van degenen die regelmatig deelnemen aan trainingen. De trainers moeten de tijd nemen om hun ideeën aan het hogere management voor te leggen, deze te laten goedkeuren en deze vervolgens te implementeren. Degenen die de beslissing nemen, zullen de zwakke punten van de huidige trainingsprocedures niet volledig begrijpen, omdat zij niet deelnemen aan de training.

Plaats

De gratis MBA-website geeft aan dat het hebben van een gecentraliseerde trainingsfunctie kan resulteren in een beperkt aantal trainingsfaciliteiten. Door het beperkte aantal faciliteiten kan de gecentraliseerde beheersstructuur deze locaties rechtstreeks controleren. Beperkte trainingsfaciliteiten kunnen de kosten voor bedrijven met kantoren en werknemers in grote regio's verhogen. De werknemers moeten naar de locatie reizen voor training en instructeurs moeten mogelijk ook reizen om de cursussen te geven. Deze reis verhoogt niet alleen de kosten, maar kan ook leiden tot ontberingen voor werknemers die reizen van het gezin, wat resulteert in het risico dat werknemers ontslag nemen vanwege de noodzaak om van huis weg te reizen.

Gebrek aan feedback

Medewerkers kunnen van mening zijn dat hun feedback niet wordt gewaardeerd. Wanneer trainingsbeslissingen worden besloten door kleine groepen of individuen, kunnen die besluitvormers geïsoleerd raken. De beslissers krijgen feedback van trainers binnen hun organisatie. Ze zijn niet direct betrokken bij de interactie met klanten of het gebruik van de producten waar zij trainingsbeslissingen over nemen. Trainees en medewerkers kunnen enquêtes of feedbackkaarten invullen, maar ze zijn geïsoleerd van de gecentraliseerde beslissingsmakers voor trainingen. Dit kan resulteren in inefficiëntie van de trainingsafdeling, waarbij klassen worden ontwikkeld die niet gunstig zijn voor de werknemers of klanten.