Definitie van leiderschapstheorieën

Inhoudsopgave:

Anonim

Leiderschap is een belangrijk ingrediënt bij effectief management. Alle vormen van leiderschap zijn belangrijk voor de organisatie, van topmanagement tot eerstelijns management. Of u nu een kleine organisatie of een grote organisatie heeft, effectief leiderschap hebben is essentieel. Wanneer leiders effectief zijn, zijn medewerkers toegewijd, gemotiveerd en goed presterende medewerkers.

Aard van leiderschap

Volgens 'Contemporary Management' van Gareth R. Jones en Jennifer M. George wordt leiderschap gedefinieerd als 'het proces waarbij een individu invloed uitoefent op andere mensen en zijn activiteiten inspireert, motiveert en stuurt om groeps- of organisatiedoelen te bereiken."

Leiders hebben macht en kunnen daardoor mensen beïnvloeden. Er zijn vijf soorten macht: legitieme macht, beloningsvermogen, dwangkracht, deskundigheid en referentiekracht. Legitieme macht is "de autoriteit die een manager heeft op grond van zijn of haar positie in de hiërarchie van een organisatie." Beloningmacht wordt beschreven als "het vermogen van een kribbe om tastbare en ongrijpbare beloningen te geven of in te houden." Dwangkracht is 'het vermogen van een manager om anderen te straffen'. Deskundig vermogen is 'kracht die is gebaseerd op de speciale kennis, vaardigheden en expertise die een leider bezit', en referentiemacht is 'macht die voortkomt uit ondergeschikten' en collega's, bewondering en loyaliteit. '

Trait en Gedrag Modellen van leiderschap

Kenmerken en eigenschappen dragen bij aan effectief leiderschap. Het kenmerkmodel van leiderschap is gericht op het identificeren van bepaalde kenmerken die effectief leiderschap veroorzaken. Eigenschappen alleen zijn niet genoeg om een ​​goede leider te creëren. Sommige effectieve leiders bezitten deze eigenschappen niet, en sommige ineffectieve leiders bezitten deze eigenschappen. Voorbeelden van kenmerken die te maken hebben met effectief leiderschap zijn intelligentie, kennis, expertise, dominantie, zelfvertrouwen, hoge energie, tolerantie voor stress, integriteit, eerlijkheid en volwassenheid.

In het gedragsmodel zijn twee basisgedragingen te vinden in leiders: overweging en initiërende structuur. Overweging is gedrag dat aangeeft dat een manager respect heeft, zorgt en vertrouwt op haar ondergeschikten. Volgens Jones en George is de initiërende structuur "gedrag dat managers aangaan om ervoor te zorgen dat werk wordt gedaan, dat ondergeschikten hun werk aanvaardbaar uitvoeren en de organisatie efficiënt en effectief is."

Contingency-modellen van leiderschap

Contingency-modellen houden rekening met de situatie waarin leiderschap voorkomt. Contingency-modellen zijn een combinatie van de eigenschappen en het gedrag van de manager en de specifieke situatie.

Voorbeelden van contingentiemodellen zijn het contingentiemodel van Fiedler en de paddoeldheorie van House. Het contingentiemodel van Fiedler is uniek omdat het helpt verklaren waarom een ​​leider effectief is in de ene situatie en niet in de andere. De paddoeltheorie van House wordt gedefinieerd als "een contingentiemodel van leiderschap waarin wordt voorgesteld dat leiders ondergeschikten kunnen motiveren door hun gewenste resultaten te identificeren, hen belonen voor hoge prestaties en het bereiken van werkdoelen met deze gewenste resultaten, en voor hen de paden die leiden naar het bereiken van werkdoelen."

Transformationeel leiderschap

Transformationele leiders zijn degenen die de organisatie transformeren en activiteiten revitaliseren en vernieuwen. Deze leiders kunnen communiceren met ondergeschikten om hen bewust te maken van het belang van hun banen en prestaties voor de hele organisatie. Bovendien helpen ze ondergeschikten zich bewust te worden van hun eigen behoeften aan persoonlijke groei.

Emotionele intelligentie en leiderschap

Emotionele intelligentie kan worden gebruikt voor effectiviteit van leiderschap, zoals het aanmoedigen en ondersteunen van creativiteit tussen werknemers. Jones en George beschrijven emotionele intelligentie als "de stemmingen en emoties die leiders ervaren op hun werk, en hun vermogen om deze gevoelens effectief te beheren."