Drie primaire structuren zijn de basis geworden voor hoe een organisatie wordt geleid: functioneel; projectized; en matrix. Elke structuur heeft voordelen, en indien correct gebruikt en in de juiste omgeving, kan de structuur de voltooiing van projecten bevorderen. Elke structuur heeft ook nadelen, maar zolang het begrepen wordt en goede communicatie bestaat, kan de structuur nog steeds goed werken.
Functionele structuur
Een functionele organisatie is het meest voorkomende type van de drie. Het werkt het beste in kleine organisaties waarin de verschillende secties geografisch dicht bij elkaar liggen en slechts een klein aantal goederen en / of diensten leveren. In een functionele structuur is de organisatie opgedeeld in verschillende secties op basis van specialiteit. Er kan bijvoorbeeld een verkoopgebied zijn, een voor klantenservice en een voor de supervisors die te maken hebben met geëscaleerde problemen. De rol van de projectmanager is zorgen voor een vlotte uitvoering van processen en projecten; de functioneel manager heeft echter de meeste macht en neemt de uiteindelijke beslissingen.
Voordelen en nadelen van een functionele structuur
Een voordeel van de functionele structuur is de rol van de functionele manager, wat betekent dat er maar één baas is. Dit vermindert of voorkomt belangenconflicten en maakt het eenvoudiger om specialisten te beheren. Een nadeel van dit type structuur is dat de projectmanager een beperkte autoriteit en een beperkt carrièrepad heeft.
Geprojecteerde structuur
In een geprojecteerde structuur wordt al het werk als een project beschouwd. De projectmanager heeft volledige controle, in tegenstelling tot de functionele structuur, en alle teamleden rapporteren rechtstreeks aan de projectmanager. Soms zijn deze teamleden permanent en soms worden ze ingehuurd als tijdelijke werknemers om te helpen met het project tot het is voltooid. Als de organisatie een groot project op zich neemt, beschikt het over alle benodigde middelen om het project te ondersteunen en zal het optreden als een klein, op zichzelf staand bedrijf.
Voordelen en nadelen van een geprojecteerde structuur
Voordelen van de geprojecteerde structuur omvatten de mogelijkheid van de projectmanager om carrière te maken. Omdat er binnen het projectwerk goede communicatie bestaat, zijn de teamleden bovendien meer toegewijd aan, en uitblinken in, hun verantwoordelijkheden. Het nadeel van een geprojecteerde structuur is dat, omdat het team uiteenvalt en uiteenvalt na de voltooiing van het project, er geen langetermijndoelen zijn of een gevoel van werkzekerheid voor de rest van de werknemers. Een ander nadeel is dat de organisatie in principe dezelfde hulpmiddelen voor elk project moet klonen (projectmanager, werkgebied, beheerder).
Matrix structuur
De matrixstructuur combineert zowel de functionele als de geprojecteerde structuren. Elk teamlid heeft twee bazen; ze rapporteren zowel aan de functioneel beheerder als aan de projectmanager. Als de matrix sterk is, ligt de kracht meer bij de projectmanager. Als de matrix zwak is, ligt de kracht meer bij de functionele manager. De sleutel is om een evenwicht te vinden waarin de macht op dezelfde manier wordt gedeeld. Vanwege de complexiteit kan dit type structuur tot problemen leiden als het niet zorgvuldig en correct wordt gebruikt. Goede communicatie is essentieel voor succes.
Voordelen en nadelen van matrixstructuur
Een voordeel van de matrixstructuur ligt in het efficiënt gebruik van middelen vanwege het gemak van toegang. Deze structuur laat ook een efficiënte communicatie zien, zowel verticaal als horizontaal. Hierdoor zullen de teamleden na afloop van de projecten waarschijnlijk elders in de organisatie een baan krijgen. Een nadeel van de matrixstructuur is de complexiteit, die moeilijk te beheren kan zijn. Als de functioneel beheerder en de projectmanager bijvoorbeeld niet goed communiceren, kunnen de teamleden in het midden worden gevangen, waardoor verwarring ontstaat.