De meeste van de duizenden voedingsproducten die in de gangpaden van supermarkten staan, zijn verwerkt. Zelfs sommige verse groenten en fruit die in uw winkelwagentje terechtkomen, zijn verwerkt voordat ze te koop werden aangeboden. Voedsel moet om verschillende redenen en op verschillende manieren worden verwerkt, afhankelijk van de aard van het voedsel.
redenen
Voedsel wordt om verschillende redenen verwerkt, waaronder veiligheid. Micro-organismen en bacteriën kunnen ziekte en zelfs de dood veroorzaken, dus het veilig houden van voedsel is een must. Smaak, textuur en algehele kwaliteit van het voedsel zijn ook redenen voor verwerking. Ten slotte wordt voedsel verwerkt om het een geschikte grootte en vorm te geven om te eten.
Chemische verwerking
Het toevoegen van verschillende chemicaliën aan verpakte levensmiddelen is een gebruikelijke verwerkingsmethode. Chemische stoffen die zijn toegevoegd om voedsel te bewaren en deze "houdbaar" te maken, zijn noodzakelijk om ervoor te zorgen dat levensmiddelen veilig blijven en eetbaar zijn na verzending en tijd besteed aan de schappen in de winkel. Zout, suiker, houtrook, specerijen, mononatriumglutamaat en kunstmatige zoetstoffen zijn enkele van de natuurlijke en door de mens gemaakte extra's die tijdens de verwerking aan voedingsmiddelen worden toegevoegd.
Koelen en vriezen
Koel- en vriesproducten zijn veiligheidsmaatregelen om bacteriën op afstand te houden. Commercieel gekoelde levensmiddelen zitten meestal op 4 graden Celsius of 39 graden Fahrenheit. Om voedsel te bevriezen, wordt de temperatuur van een commerciële diepvriezer ingesteld op minus 18 graden Celsius of 0 graden Fahrenheit. Dit zorgt ervoor dat het voedsel snel vriest, waardoor er kleinere ijskristallen ontstaan dan thuisbevriezing (thuisvriezers houden voedsel op min 10 graden Celsius of 14 graden Fahrenheit). Het hebben van kleinere ijskristallen betekent dat het voedsel een hogere kwaliteit behoudt. Ongekookte groenten en fruit moeten voor het invriezen geblancheerd worden.
Pasteurisatie
Pasteurisatie is een verwerkingsmethode die veel wordt gebruikt in de zuivelindustrie. Pasteuriseren betekent het product gedurende een gecontroleerde periode verwarmen tot een bepaalde temperatuur om schadelijke organismen te doden. Pasteurisatie wordt ook gebruikt voor fruit- en groentesappen. Bij grote bewerkingen wordt de melk of het sap in enorme vaten gepasteuriseerd om zoveel mogelijk in één keer te verwerken.