Naarmate een land zich ontwikkelt, verandert de aard van zijn interne structuur, financiën en bevolking. Hoewel verschillende meetinstrumenten beschikbaar zijn om deze veranderingen te meten, zijn de meest gebruikelijke indicatoren voor economische ontwikkeling het Bruto binnenlands product (bbp) per hoofd van de bevolking, de armoedegrens, de levensverwachting, het aandeel van de werknemers in de landbouw en veranderingen in de fysieke kwaliteit van het leven.
BBP Meet Economische output
Het bruto binnenlands product is de economische waarde van de output van goederen en diensten van een land en geeft de sterkte van zijn economie aan. Een hoger BBP per hoofd van de bevolking is een teken van een meer geavanceerd stadium van economische ontwikkeling.
Volgens gegevens van de Central Intelligence Agency zijn de landen met het hoogste bbp per hoofd van de bevolking Liechtenstein, Qatar, Monaco, Macau en Luxemburg. De landen met het laagste BBP per hoofd van de bevolking zijn Malawi, Niger, Mozambique, Tokelau, Democratische Republiek Congo, Burundi en de Centraal-Afrikaanse Republiek.
Armoedecijfer Bruto per capita
Als het bbp per hoofd van de bevolking groeit, neemt de armoedecijfers af. Mensen verdienen meer geld, worden welvarender en beginnen rijkdom te vergaren.
Armoedecijfers voor landen met een laag BBP per hoofd van de bevolking hebben ook een groter aandeel van mensen die in armoede leven. Volgens cijfers van de Central Intelligence Agency heeft de Democratische Republiek Congo 63 procent van de bevolking in armoede. Jemen, Zuid-Soedan en Mozambique hebben bijna 50 procent van hun inwoners onder de armoedegrens. Deze cijfers staan in schril contrast met een hoog BBP-land zoals Zwitserland, waarvan slechts 6,6% van de bevolking onder de armoedegrens leeft.
Hogere inkomens en levensverwachting
Naarmate een land zich ontwikkelt, verlaten zijn mensen de armoede en neemt hun levensverwachting toe. Ze verdienen meer geld en kunnen zich betere medische zorg veroorloven.
Bovenaan de lijst staat Monaco, met een levensverwachting van 89 jaar. Inwoners van Japan en Singapore kunnen een gemiddelde levensduur van 85 jaar verwachten. Liechtenstein, Noorwegen, Zweden en Zwitserland hebben levensverwachting boven 82 jaar.
Armere landen met lagere bbp's en hogere armoedecijfers, zoals Tsjaad, Zambia, Somalië, de Centraal-Afrikaanse Republiek en Mozambique hebben een levensverwachting van amper 50 jaar.
Niveaus van economische ontwikkeling
Landen waar het grootste deel van de bevolking in de landbouw werkzaam is, worden als minder ontwikkeld beschouwd. Landen met meer stedelijke gebieden en steden worden als beter ontwikkeld beschouwd. Bijgevolg is een van de indicatoren voor economische groei het percentage mensen dat in de landbouw werkzaam is. Slechts 1,3 procent van de bevolking in het Verenigd Koninkrijk is bijvoorbeeld werkzaam in de landbouw, terwijl Zambia 85 procent van de mensen op boerderijen werkt.
De menselijke ontwikkelingsindex
De Human Development Index (HDI) is een samengestelde metriek gecreëerd door het ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties om de niveaus van economische ontwikkeling van een land te meten op drie gebieden: onderwijs, gezondheid en inkomen per hoofd van de bevolking.
Als voorbeelden, landen met de hoogste HDI zijn Noorwegen, Australië, Zwitserland, Denemarken en Nederland. De landen met de laagste HDI zijn Niger, Eritrea, Gambia, Ethiopië en Afghanistan.