Economie is een sociale wetenschap die onderzoekt hoe rijkdom te creëren en het materiële welzijn te verspreiden. Macro-economie is een van de vele takken van de economie die het bruto binnenlands product (bbp), de inflatie en andere macrovariabelen bestuderen. Micro-economie onderzoekt hoe bedrijven en huishoudens zich gedragen, internationale economie en politieke economie. Toch zijn er hulpmiddelen die op grote schaal worden gebruikt in alle takken van de economie. Ze kunnen breed worden gedefinieerd als economisch, wiskundig en statistisch.
Economische hulpmiddelen
Economische instrumenten verwijzen naar kwalitatieve instrumenten die beschikbaar zijn voor economen. De wet van vraag en aanbod is het belangrijkste voorbeeld van een economisch instrument. Aanbod verwijst naar goederen die beschikbaar zijn in een markt, terwijl vraag de hoeveelheid producten of diensten definieert die consumenten willen kopen. De prijs van een product daalt als het aanbod stijgt en de vraag stagneert. Omgekeerd stijgt de prijs van het product als de vraag stijgt terwijl het aanbod hetzelfde blijft.
Wiskundige hulpmiddelen
Wiskunde gaat hand in hand met economie. Wiskunde helpt economen bij het oplossen van concrete problemen met getallen, zoals hoe de winstmarge van een bedrijf te berekenen, welke prijs een bedrijf moet instellen om de winst te maximaliseren, of hoe de hoeveelheid CO2-uitstoot in de atmosfeer moet worden berekend. Wiskundige instrumenten die worden gebruikt in de economie omvatten matrixalgebra, lineaire vergelijkingen, econometrische modellen, optimalisatie en differentiaalvergelijkingen.
Statistieken
Statistieken zijn vergelijkbaar met wiskunde, maar hier wordt de nadruk gelegd op het verwerken van grote gegevensarrays. Statistieken helpen bijvoorbeeld economen bij het berekenen van het bbp van een land of stellen hen in staat om een productieproces beter te configureren om de kosten te verlagen. Statistische hulpmiddelen omvatten regressie- en correlatieanalyse en berekening van kansen.